Laten we vandaag eens starten met een vraag:
Wie heeft het minst aantal genen :
een plant, een kikker, of een mens?
Wat denk je?
En waarom?
Tip:
Het heeft allemaal te maken met de hypothese “the benefit of losing genes”.
Genen onderhouden is duur en aanpassen van genotypes gaat traag. Het ‘uit-muteren’ van bepaalde minder gunstige genen duurt lang.
Dus, om antwoord te geven op de vraag :
Wij mensen zijn ‘gezegend’ met het kleinst aantal genen.
Ons genoom is slechts 21.000 genen groot, give or take…
Toch dragen wij zo’n 100 miljard genen met ons mee. Doorheen de evolutie is het immers duidelijk geworden dat flexibiliteit bepalend is voor overleving.
Het snel kunnen aanpassen van een organisme aan de heersende omstandigheden is cruciaal.
Dus wat zorgt er dan voor onze grote flexibiliteit?
Hoe komt het dat wij, ondanks onze eigen 21.000 genen, toch een palet van 100 miljard genen ter beschikking hebben?
Juist ja.
Onze medebewoners!
They go by the name: het microbioom.
Wij dragen gemiddeld zo’n 1000 verschillende soorten bacteriën, virussen of schimmels met ons mee. En die hebben ook allemaal hun genen bij.
Genen die, net zoals die van onszelf, allemaal vertaald worden naar mogelijkheden.
Dus:
Ons microbioom bepaalt onze metabole mogelijkheden.
Ons microbioom bepaalt ons aanpassingsvermogen.
Ons microbioom bepaalt onze flexibiliteit.
Ons microbioom bepaalt de creativiteit van ons lichaam om tot oplossingen te komen.
Onze bacteriën maken voor ons neurotransmitters en hormonen aan. Ze fermenteren voedsel voor ons. Ze zijn deel van ons immuunsysteem, een schild tegen ongewenste indringers.
We need our bugs. Treat them well.
Wat doe jij voor jouw beesten?
Kommentarer